dollytill

Verleden en heden


3 reacties

Kleinkind

Telefoon: Het is mijn jongste dochter. Ze belt nooit. We whatsappen. Of  we Skypen. Als ze ineens belt via een normale telefoon is er wat  aan  de hand.

“Hoi Mam, daar ben ik weer even. Ik moet je wat vertellen.”

Dat klinkt  alsof er iets mis is en ik schiet meteen in de stress.

“Wat is er gebeurd? Is alles goed met je?”

“Nou eh, heu, tja, ik ben zwanger. Net gehoord. Bijna 3 maanden .”

“WAT? Hoe kan dat nou?”  Domme reactie, inderdaad, maar je verwacht een onheilsbericht en dan hoor je dit !

Ik heb twee dochters, geen kleinkinderen en beide dochters wonen ze in het buitenland.  Er was geen prangende kinderwens, maar mocht het gebeuren dan zouden ze er blij mee zijn.

Deze dochter woont in Panama.

We hebben bijna dagelijks contact, maar toch ..

Na de eerste schok, schrik, verwarring  en blijdschap verwerkt te hebben komen de vragen: hoe moet dat nu, wat ga je doen, kom je hier naartoe, blijf je daar voor de bevalling, wat, hoe, wanneer, waar ??

De maanden die volgen zijn spannend. De zwangerschap verloopt zonder problemen en dochter vindt alles leuk en interessant. Ze struint het internet af voor informatie over alles wat er met moeder en kind gebeurt tijdens deze periode. Aan mijn kant van de wereld doe ik net zo hard mee en ik vraag me af waarom wij die informatie vroeger niet hadden. Je kocht een boekje in de trant van : “Wat te verwachten tijdens zwangerschap” en van de verloskundige kreeg je een brochure. Dat was het wel zo’n beetje. En dan wist je nog niks.

Ik krijg ineens grote behoefte ” iets te doen.” Mijn oude naaimachine wordt uitgegraven en afgestoft. Hij doet het nog ! Maar zoekend op internet naar dingen voor de babykamer sla ik op hol. Wat een leuke ideeën ! Geen idee dat dat allemaal bestond en je plukt het zo van het internet. Het resulteert in een luiertas en een opberg-ding voor aan het bedje. Leuk werk.

Als de stofjes worden gekocht heb ik even een probleem. Dochterlief heeft er voor gekozen geen pret-echo te laten maken. Ze wil niet weten of het een jongen of een meisje gaat worden. Het moet een verrassing blijven. Geen roze en lichtblauw dus.

Ik betrap mezelf erop dat ik in kinderwagens loop te gluren en inschattingen probeer te maken van hoe mijn kleinkind eruit komt te zien.

Omdat ik er toch graag bij wil zijn in de laatste periode rond de geboorte, spreken we af dat ik eind februari naar Panama kom. Ze is rond 15 maart uitgerekend en dat geeft ons nog mooi twee weken tijd. Ze wacht wel met de laatste voorbereidingen zegt ze. Na de geboorte blijf ik nog twee maanden. Of haar vriend dat leuk vindt weet ik niet, maar dat kan me niet schelen. (Lieve jongen hoor, maar je weet maar nooit).

Twee dagen voor mijn vertrek belt ze. En ja, als ze opbelt is er  iets aan de hand. “Mam, ik had vandaag controle en ze willen me morgen opnemen om de geboorte in te leiden, het gaat niet goed met de baby”.

Ach nee, laat het niet waar zijn.  Bijna drie weken voor de uitgerekende datum.  De zwangerschap ging vast veel te voorspoedig.. Dat was misschien niet de bedoeling?

Ik kan niet meer normaal denken en ik kan ook niets doen en het enige is: afwachten.

Na een spannende dag, vol whatsapp berichtjes naar de a.s. vader die niet antwoordt,  is daar eindelijk  het verlossende bericht en hij is duidelijk totaal in de bonen: “het is een kind ! Alles is goed gegaan maar ze hebben een  keizersnee moeten doen.”

Huh? Een kind? Ja lijkt me logisch. maar WAT? Jongen of meisje? Is het gezond, hoeveel weegt het, hoe gaat het heten, op wie lijkt het?

De antwoorden komen gelukkig vrij snel daarna. En de eerste foto. Geweldig! Het is een jongen, hij weegt bijna 6 pond en ze noemen hem Francis, vernoemd naar zijn beide opa’s. En na een paar dagen couveuse mag hij met zijn moeder naar huis. 2014 March 1 (12)

Het is een uiterst vreemde gewaarwording alsnog oma te worden. Ik kon me er niets bij voorstellen. Vriendinnen of familieleden die enthousiast hun aanstaande omaschap aankondigden vond ik altijd zwaar overdrijven. “Mens doe éven normaal zeg”, dacht ik dan, “stel je niet aan”.

Ik heb mijn mening moeten bijstellen

.


Een reactie plaatsen

Schuifei

Zondagochtend traditie: een eitje bij het ontbijt.
We konden er ons de hele week op verheugen.
Tien kinderen tussen de 2 en 20 jaar plus onze ouders. Twaalf man aan tafel was gewoon.

Gebakken of gekookt: die keuzemogelijkheid hadden we wel maar niemand koos voor het gekookte ei, want dat “smeerde” niet lekker. Ze kwamen altijd groen en keihard uit de pan. “Het dooiertje is mals” riep mijn moeder dan nog geruststellend, maar geen mens trapte er in. Alleen mijn moeder zelf at een gekookt eitje. Voor de rest van de familie werd het dus een gebakken ei. Met ham of spek.

Van de oudere zussen werden er wekelijks twee aangewezen om te bakken terwijl de rest van de familie aan tafel zat te wachten. Elk met zijn of haar eigen wensen:  dubbel gebakken maar met dooier intact, spiegelei met dooier intact, met of  zonder ham/spek, geen aangebrande randjes en nooit, maar dan ook nóóit meer dan twee eieren in de koekenpan, want de eiwitten moesten over de gehele bodem uitgesmeerd kunnen worden. Anders kreeg je een te klein eitje. En dat betekende ruzie… Eeuwige, eindeloze ruzies en discussies over de kwaliteit, de omvang, de kleur, de temperatuur van dat stomme ei…

gebakkenei3_gr

In de keuken werd onder hoogspanning gewerkt..
Extra voorzichtigheid was geboden bij het bakken van het eitje van Pa.  Hij wilde niet met een ei op z’n bord wachten tot iedereen eindelijk voorzien was. Dus hij was het laatst aan de beurt en had de hele koekenpan voor zich alleen.
Bovendien moest het op een speciale manier gebakken worden: eerst ham/spek, dan het ei er voorzichtig op. En groot was de frustratie als van uitgerekend dát ei, de dooier brak. En pa kwaad natuurlijk. Voor hem was de zondag dan voorlopig verpest.
We schoven ons gebakken eitje over zoveel mogelijk boterhammen.  Schuifei eten… heerlijk ! De clou zat hem erin je ei, of een deel ervan, op een besmeerde boterham te leggen, even duwen en prikken op het eiwitgedeelte (zeer belangrijk!) en als je dan dacht dat er wel wat smaak op het brood was achtergebleven, sneed je wat eiwit op de boterham. De rest van het ei werd er weer naast gelegd.

Op die manier kon je minstens vijf sneden brood beleggen en de lekkerste waren natuurlijk die twee allerlaatste boterhammen. Het moment suprême, als je eindelijk het dooiertje kon lek prikken en het lobbige eigeel over je brood kon laten uitvloeien. Dat was waar je de hele maaltijd naartoe had gewerkt.. !
Ik denk hier nog vaak aan als ik een ei kook of bak en ja.. het is nog steeds een traktatie.